Gezinskaart voorouders Anton Jansen - Persoonsblad
Gezinskaart voorouders Anton Jansen - Persoonsblad
NaamMarrigjen
Geboren datumcirca 1645
PatroniemPeters
Partners
Geboren datumcirca 1640
Geboren plaatsOldebroek?
VaderLubbert (ca 1615-)
Huwelijk datum3 juni 1666
Huwelijk plaats8096 Oldebroek, Nederland
Huwelijk memoChurch, SA NWV, deed op deze datum samen met Marrigje belijdenis, waarschijnlijk voorafgaand aan de huwelijksvoltrekking
KinderenLubbert (1667-<1710)
Notitie notities behorende bij Jacob & Marrigjen (gezin)
2260 Lidmaten Oldebroek 1621-1816

Lidmaatregistratie Jakob Lubberts, 03-06-1666,
Datering:

03-06-1666
Lidmaat:

Jakob Lubberts
Voornaam:
Jakob Lubberts
Handeling:

Belijdenis
Datering:

03-06-1666
Kerkelijke gezindte:

Nederduits Gereformeerd
Plaats:

Oldebroek
Vestiging:

Oldebroek

De oudste gegeven mbt deze familielijn dat ik heb gevonden, is dag waarop beiden belijdenis deden in Oldebroek op zondag 3 juni 1666 (zie boven). Mogelijk zijn ze op die dag ook getrouwd, maar daar is geen bewijs van gevonden. De (onder)trouw gegevens van Oldebroek over de periode 1653-1672 zijn verloren gegaan.
Het hiervoor genoemde is ook het enige dat we van hen weten. Jacobs doop is in de indexen op de website van het Streekarchief Noordwest Veluwe niet gevonden en we weten dus ook niet waar hij vandaan komt, noch wie zijn ouders zijn. Zijn vader heette ongetwijfeld Lubbert maar dat is alles wat we weten.
Gelet op de onrustige gebeurtenissen in het begin van de 17e eeuw (zie onderstaande beschrijving van het ontstaan van Oldebroek) is het niet uit te sluiten dat Jacob van elders komt.
Ook van Marrigje zijn geen doopgegevens gevonden.

Op 2 januari 1667 lieten ze hun eerste kind lieten dopen, Lubbert Jacobs; er zullen er nog zeven volgen.
Wanneer en waar Jacob Lubberts en Marrigjen Peters zijn overleden, is niet bekend.

Het ontstaan van Oldebroek
Van der Aa beschrijft in deel 8 van zijn Aardrijkskundig Woordenboek der Nederlanden Oldebroek als volgt:

"Dit dorp heeft zijnen naam te danken aan eenige arme Hollanders, die, na den verschrikkelijken zeevloed van 1170, van tijd tot tijd het land verlaten hadden, en wier landhoeven en bezittingen vermoedelijk door die overstrooming vernield waren. 
Deze begaven zich naar de Veluwe, waar zij vernomen hadden, dat zich eenige Friezen in het Veen (naderhand Kamperveen genaamd) als kolonisten hadden nedergezet. Gerhard, Graaf van Gelder, gaf, met toestemming der lands Edelen, aan eenige dier Hollanders vrijheid, om in de woeste onbebouwde streek het Broek of Oldebruch (naderhand Hollanderbroek), grenzende aan het Veen (Kamperveen) en de Wolden (Ooster-Wolden), zich te moogen vestigen, met bepaling, deze broekgronden en woeste velden te bebouwen,en schonk hun daarbij de zelfde voorregten, welke Otto van Gelder, de drie en dertigste Bisschop van Utrecht, aan zijne hoorige lieden in de aangrenzende streken had toegestaan, toen het Veen, benevens Wilsum, bebouwd zoude worden.
In het jaar 1320 ondervonden de ingezetenen van het Hollanderbroek de bijzondere bescherming van Reinald, zoon des Graven van Gelre [...]"

Toen in 1396 de stad Elburg met een ringmuur werd omgeven, werd Oldebroek aan Elburg dienstbaar. Het voordeel voor de inwoners van Oldebroek was de mogelijkheid om have en goed in geval van vijandelijke aanvallen binnen de muren veilig te kunnen stellen.

In 1516 trokken de Kampenaren uit wraak tegen de Geldersen op naar Oldebroek en verbrandden de huizen en schuren in het dorp.
Als laatste vermelding geven we hier de mededeling dat de graaf van den Berg in 1629 Hattem opeiste. Oldebroek weigerde hieraan gehoor te geven en in reactie hierop werd op 16 augustus van dat jaar de kerk door een korps Kroaten in brand gestoken. 

Oldebroek was de “hoofdplaats” van ‘’één van de zgn. richterambten in het kwartier Nijmegen. Als bijzonderheid voor het richterambt Oldebroek gold de ordonnantie van 7 juni 1666 om te protocolleren. Oldebroek was hierin een voorloper op vele gerichten op de Veluwe. Deze ordonnantie hield in dat alle acten moesten voortaan de namen van kopers, verkopers en zegelaars bevatten. De ordonnantie zal hiertoe drie zondagen worden afgekondigd en vervolgens worden aangeplakt zodat ieder er rekening mee kan houden. Houdt men zich hier niet aan, dan kan de overeenkomst rechteloos worden verklaard. Men moet aan de inschrijving rechten kunnen ontlenen evenals duidelijkheid verkrijgen over de gepleegde handelingen. Oldebroek was hierin duidelijk vooruitstrevend.
Laatst bijgewerkt 29 maart 2013Gemaakt 23 december 2021 met 'Reunion for Macintosh'