Gezinskaart voorouders Cock Verkleij - Persoonsblad
Gezinskaart voorouders Cock Verkleij - Persoonsblad
Naamde Bruijn, Jannetje
Geboren datummaart 1714
Geboren plaatsCuijk, Nederland
Doop datum11 maart 1714 Leeftijd: <1
Doop plaatsCuijk, Nederland
Begraven datum11 oktober 1779
Begraven plaats2376 Nieuwe Wetering, Nederland
PatroniemDirks
VaderTheodorus/dirck (ca 1670-)
Moederde Bruijn, Maria (1675-)
Partners
Geboren datumcirca 1720
Geboren plaatsGrietherbusch (D)
Overlijden datum17 november 1789 Leeftijd: 69
Overlijden plaats2376 Nieuwe Wetering, Nederland
Beroeplandbouwer, handelsman
Huwelijk datum21 december 1744
Huwelijk plaatsAlphen aan den Rijn, Nederland
KinderenElisabeth (1746-1811)
Notitie behorende bij Jannetje de Bruijn
Jannetje Dirks de BRUIJN, geboren te Cuijk, overleden te Nieuwe Wetering, begraven op 11-10-1779 te Rijnsaterwoude. De genoemde datum is die waarop aangifte van het overlijden werd gedaan door haar man Jan van den Boogaert. De impost op het begraven bedroeg 15 gulden. Haar vader was waarschijnlijk Dirk de Bruijn, die getuige was bij de doop van de eerste Theodorus. Verder had zij vermoedelijk twee zussen, Aaltje en Ariaantje, waarvan de laatste getrouwd was met Willem Baarentsze Franken en woonde in Esselijkerwoude. Van dit echtpaar werd op 12-10-1747 in de RK kerk van Woubrugge een dochter gedoopt, genaamd Maria.
Notitie behorende bij Jan (Partner 1)
Jan van den BOOGAERT, landbouwer, handelsman en van 1763 tot 1785 gecommitteerde en directeur van de droogmakerij van de Veender- en Lijkerpolder in Alkemade, geboren ±1720 te Grietherbusch, Duitsland, overleden op 17-11-1789 te Nieuwe Wetering. Betreft de datum waarop ter secretarie van Alkemade zijn overlijden wordt aangegeven door zijn schoonzoon Dirk Straathof. Hij valt onder de classis van 30 gulden. Begraven te Rijnsaterwoude. Ook wel: Van den Boogaard. en Bongert

Op 19-11-1744 verklaren "borgemeisters ende ratsorkunde" van Grieterbos (Grieterbusch) in een akte van indemniteit opgemaakt ten behoeve van "Jan Bongert", bovenlander, hij geboortig is van Grieterbos in het land van Kleef, van goede en vrome ouders, dat van zijn ouders en zijn hele familie niets dan goeds gezegd kan worden, en dat ze (burgemeesters en "Ratsorkunde" van Grieterbusch) hem zullen onderhouden, mocht hij tot armoede vervallen. Deze akte van indemniteit is ter secretarie van Alkemade ontvangen in juni 1748. (bron: GA Alkemade, AGA-142, transcriptie door A.J. Bisschop te Waalwijk)

Hij kwam uit het Hertogdom Kleef in Duitsland en vestigde zich in Nieuwe Wetering als landbouwer en handelsman. Hij handelde in onder andere rogge, boekweit, hooi, stro, turf en aardappelen, en leverde aan het ambachtsbestuur van Alkemade schelpen, puin en klei. Hij verhuurde ook aan het ambachtsbestuur een baggerbok, paarden en personeel, waarvoor hij 16 stuivers per dag rekende. Van 1763 tot 1785 was hij gecommitteerde en directeur van de droogmakerij van de Veender- en Lijkerpolder, en werd in die functie opgevolgd door zijn schoonzoon Dirk Straathof. In 1785-1786 bouwde hij te Nieuwe Wetering een nieuwe bouwmanswoning, die later "Boogaertlust" is gaan heten. De totale bouwkosten liepen tegen de f 20.000. (bron: "Dorpen in Alkemade", door G.M. Zoetemelk, opgenomen in "Tussen Kaag en Braassem", 1985, onder redactie van A.G. van der Steur, blz. 133-167)).

Hij heeft ook een belangrijke rol gespeeld in de organisatie van de trekarbeiders uit Duitsland, en werd ook daarin opgevolgd door zijn schoonzoon Dirk Straathof. (bron: J.Th. Ludlage, Duitsers in de Gemeente Alkemade 1711-1900)

Volgens G.M. Zoetemelk was hij niet onbemiddeld "toen hij in het jaar 1757 uit het Hertogdom Kleef naar Nieuwe Wetering kwam". In feite was hij al in 1744 in Alphen getrouwd, en was toen zeker niet goed bemiddeld, aangezien hij zich voor de impost op het trouwen onvermogend had verklaard. Zowel hij als zijn vrouw waren analfabeet (later heeft Jan wel leren schrijven, blijkens o.a. de akte van aangifte van het overlijden van zijn vrouw die hij ondertekende met de initialen "IVDB"). Ik vermoed dan ook dat ook hij als "arme" gastarbeider uit Duitsland is gekomen, en zich op eigen kracht naar boven heeft gewerkt.

Hij wordt diverse malen genoemd als koper van onroerend goed in de registers nummers 104 en 105 van het Rechterlijk Archief van Alkemade. Onder meer op 28-05-1771 in verband met de koop van een huis en erven in de Lijkerpolder van Klaas Bijlemeer en de de erven Wijntje Visser, en op 26-01-1785 in verband met de koop van twee huisjes op het zuideinde van de Nieuwe Wetering in de Veenderpolder, met noord de Langeweg, van Jan en Pieter van Diemen. Op 16-03-1789 compareert zijn schoonzoon Dirk (Derk) Straathof ter secretarie van Alkemade en verklaart namens zijn (schoon)vader van mede-comparant Jacob Schellinghout (volgens handtekening "Schillingerhoud") een huismanswoning met zomerhuis, kaarnmolen, schuur, twee bargen en erf (inclusief 17 morgen 400 roeden wei- of hooiland, waaronder een houtakker) in de Gogerpolder bij Roelofarendsveen (ten noorden van de Ringsloot) gekocht te hebben voor f 5.556. De verkoper mag een deel van het verkochte blijven gebruiken. (bron: NA, Rechterlijk Archief Alkemade, inv.nr. 104 en 105)

Op 05-02-1785 verkreeg hij bij overdracht door Cornelis van Egmond (executeur testamentair van Jan Bezuden) voor f 206 een leen van de hofstad van Warmond, zijnde 2 morgen 241 roeden teelland "in het vierde weer ten oosten van de Lange Tocht" en "op het zuideind van de Nieuwe Wetering", met zuid: Baltus Ambachtsheer, west: de Lange Tocht, noord: de leenman en Jan van Benten. Hij was toen 65 jaar oud. Het leen ging op 16-01-1790 over op zijn dochter Elisabeth van den Boogaard. (bron: Ons Voorgeslacht 1980, p.657)

Op 28-06-1782 deed hij ter sectretarie van Alkemade aangifte van het overlijden van "zijn zwager" Hendrik Beer, die overleden was aan de Nieuwe Wetering en te Rijnsaterwoude "pro deo" begraven zou worden. Denkelijk was deze Hendrik Beer getrouwd met Jans zus Marij van den Boogaard. (bron: Gaarder Alkemade, AL-G19:I), zoon van ? van den BOOGAARD
Gehuwd op 21-12-1744 te Alphen aan den Rijn. Betreft huwelijk voor de schepenbank van Alphen en Rietveld. De naam van de bruidegom wordt in de akte geschreven "Jan Boogaart", dus zonder "van den". Op 04-12-1744 hadden zij verklaard ten huwelijk te willen treden, maar onvermogend te zijn, zodat zij geen impost hoefden betalen. Gehuwd voor de kerk 1744 te Alphen aan den Rijn (RK). Uit de trouwinschrijving valt wel het jaartal af te leiden, maar niet de maand en dag. Aangezien het de laatste inschrijving van 1744 is, mag evenwel aangenomen worden dat het kerkelijk huwelijk eind december plaatsvond.
Laatst bijgewerkt 6 januari 2015Gemaakt 23 december 2021 met 'Reunion for Macintosh'