Andries Dirk Copier (1901-1991) wordt gezien als één van de belangrijkste Nederlandse glaskunstenaars van de 20ste eeuw. Andries Copier is geboren en getogen in Leerdam, en kwam dus al op jonge leeftijd met glas in aanraking. Al op dertienjarige leeftijd mocht hij op de etsafdeling van Glasfabriek Leerdam aan het werk, waar zijn vader Gijsbert Copier de leiding had.
Fabrieksdirecteur P.M. Cochius merkte het artistiek talent van Copier op en bood aan om de kunstopleiding voor Copier te betalen. Allereerst volgde Copier de Vakschool voor Typografie te Utrecht, waarna Copier van 1920 tot 1925 ging studeren aan de Academie voor Beeldende Kunsten en Technische Wetenschappen te Rotterdam.
Copier wist in zijn carrière de nieuwste technische ontwikkelingen toe te passen in persoonlijke, eigentijdse ontwerpen. Hij had een onuitputtelijke drang om te experimenteren, wat resulteerde in de ontdekking van een eindeloze reeks nieuwe technieken, zoals tin craquelé, emaillepoeders, ribben en bellen. Deze technieken werden vervolgens toegepast in de productie van zowel glaskunst als glaswerk (gebruiksglas), en dat maakt dat de glasobjecten van Copier nog altijd zeer gewild zijn bij verzamelaars.
Deze foto is gemaakt in 1990, een jaar voor het overlijden van Copier tijdens een sessie in het atelier van Willem Heesen en zijn zoon Bernard. Op de foto vlnr. Lino Tagliapietra, Bernard Heesen en Andries Copier.
Bovenstaand object, gesigneerd door Copier, Lino (Tagliapietra) en Bernard (Heesen) is tijdens bovengenoemde sessie gemaakt. Het ontwerp is van Copier, de uitvoering door de dan reeds vooraanstaande Italiaanse glasblazer Lino Tagliapietra, ondersteund door Bernard Heesen. Het is mede door dit soort sessies met de ontwerper Copier, waarvan er meerdere zijn geweest, dat Tagliapietra is gestimuleerd meer zelf te gaan ontwerpen. Dit heeft hem gebracht naar de wereldtop van de hedendaagse glaskunstenaars.
Bij het zoeken naar een recept voor helder rood glas ontstond in de Glasfabriek Leerdam een oranje kleurig glas waarin de ontwerper Chris Lanooy in 1927 het bekende Juliana-vaasje ontwierp ter gelegenheid van de 18de verjaardag van de prinses. In de traditie van de Oranjevaasjes ontstond een hele serie van vaasjes, die inmiddels een kleine twintig stuks omvat. Tot de bekendste behoren het oranjeappeltje uit 1938 (zie boven) ter gelegenheid van de geboorte van prinses Beatrix, en het Bevrijdingsvaasje in 1945 – beide ontworpen door Copier.
Bovenstaand exemplaar is vrijwel zeker vanaf het begin door mijn ouders als bloemenvaasje gebruikt.